Prunus Dulcis staat bekend onder de Nederlandse naam de "Amandelboom".
De Amandelboom is een mooi en kleine, blijvende boomp die een spectaculaire bloei heeft. De Prunus dulcis 'Robijn' noot is een zoete amandelnoot met zeer aromatische smaak.
Het amandelboompje is zelfbestuivend. Je kan om een grotere oogst van amandelen per boom te bekomen door een tweede boom in de buurt te plaatsen/hebben. Amandelbomen kunnen ook perzikbomen bestuiven, zodat deze nog beter kunnen dragen.
De bloezem is roze en sierlijk. Een inheemse boom die de Japanse Kerselaar kan vervangen. De bloemen bevatten een grote hoeveelheid nectar. Deze boom lokt veel bijen en vlinders.
Bladeren, bloemen en takken gelijken op deze van de perzikboom. Plant de boom niet op een laaggelegen perceel dat gevoelig is voor lentenachtvorst. De aanbevolen plantafstand is 4 tot 6 meter, afhankelijk van de gebruikte onderstam en de grondsoort.
Omstreeks september rijpen de vruchten en groeien deze nog door tot oktober. Je zie de dikke groene vruchten barsten. De amandelnoot uit de schil halen en op een rooster leggen om te drogen. Na ongeveer drie maanden zijn de amandelnoten droog. Het kraken van de amandelnoten gebeurt met amandelnoten kraker.
Nu nog de schil (bruin bitter vliesje) van de amandelnoot verwijderen.
- Zet een pannetje op het vuur met water, hoeveelheid afhankelijk van de hoeveelheid amandelen
- Breng het water aan de kook.
- Doe de amandelnoten in het pannetje, ze moeten net onder staan
- Laat de amandelnoten een minuutje koken.
- Giet het water met de amandelnoten over in een zeef
- Spoel ze even na met koud water (laten schrikken).
- Leg de amandelnoten op een schone doek.
- Wrijf het velletje van de amandelnoten
Geroosterde en gepelde amandelnoten worden als aperitiefnootjes gebruikt.